We organiseren onze acties in zes thematische werkagenda's:
Werkagenda's:
Bio-economie
Circulair Bouwen
Chemie/Kunststoffen
Maakindustrie
Voedselketen
Waterkringlopen
Zeven hefboomwerkingen zorgen voor extra ondersteuning:
Hefboomwerkingen:
Beleidsinstrumenten
Circulair aankopen
Communicatie
Innoveren & Ondernemen
Financiering
Jobs & Vaardigheden
Onderzoek
Wat, waarom en hoe?
Waarom gaan we voor een circulaire economie?
Toekomstbeelden 2050
Hoe zien we onze circulaire toekomst?
Over onze aansturing
Wie stuurt wat bij Vlaanderen Circulair?
vrijdag 15 december 2017
De circulaire economie kan niet zonder een efficiënte omgekeerde logistiek (reversed logistics), waarbij producten en onderdelen aan het einde van hun leven terugkeren naar de fabrikant of verwerker. Het denkwerk over zo’n logistiek staat nog in z’n kinderschoenen. De Ellen MacArthur Foundation ontwikkelde samen met partners alvast een model om omgekeerde logistiek uit te werken en te evalueren. Een samenvatting.
In het rapport “Waste not, want not” leggen Ellen MacArthur Foundation, Cranfield University en Deutsche Post DHL Group de basis voor een ‘Reverse Logistics Maturity Model’. Het model moet bedrijven toelaten hun eigen aanpak van omgekeerde logistiek te evalueren. Daarbij worden drie onderdelen in rekening gebracht:
Per onderdeel zijn er vijf niveaus van maturiteit. Via beschrijvingen van elk niveau kan je bepalen waar jouw bedrijf zich exact bevindt.
De organisatie van een omgekeerde logistiek verschilt natuurlijk van product tot product. Daarom distilleerden de auteurs drie modellen gebaseerd op verschillende producttypes. Wij maakten een bewerking:
Het eerste model geldt voor massaproducten die via kleinhandel bij de eindgebruiker belanden en een kleine restwaarde hebben. Voorbeelden zijn consumenten-elektronica, banden en palletten.
Deze producten worden best centraal ingezameld en zoveel mogelijk gebundeld (in anders vaak lege vrachtwagens) naar centrale verwerkers gebracht. Door die centralisatie ontstaan schaalvoordelen, zodat het proces rendabel blijft.
Gebruikers moeten stimuli krijgen om de producten terug te brengen. De producten mogen merkonafhankelijk verwerkt worden, maar worden best zo goed mogelijk per type gesorteerd om de waarde van de stromen maximaal te behouden.
Het tweede model is voor producten met een relatief hoge restwaarde, die vaak cruciaal zijn om (productie)processen in gang te houden, maar die de eindgebruiker niet vaak terugbrengt. Voorbeelden zijn machines, machine-onderdelen en auto-onderdelen.
Deze stukken worden best gebundeld opgehaald door een service partner die meteen vervangstukken kan installeren. Idealiter kan je door monitoring op afstand op voorhand plannen wanneer stukken aan vervanging toe zijn en hier proactief op inspelen.
Het derde model is voor complexe en gevoelige apparatuur met een hoge restwaarde, maar die de eindgebruiker niet vaak terugbrengt. Voorbeelden zijn ICT-materiaal en medische apparatuur.
Deze toestellen bevatten vaak vertrouwelijke info of gevaarlijke stoffen en kunnen niet zomaar aan eender welke service partner meegegeven worden. Daarom is voor deze producten een dedicated 1-op-1 ophaling nodig en/of er moet er transparantie en garanties zijn over waar de goederen naartoe gaan. De producten gaan omwille van hun complexiteit ook best terug naar de eigen specifieke producent voor een opknapbeurt of verwerking.
Idealiter kan je door monitoring op afstand op voorhand plannen wanneer stukken aan vervanging toe zijn en hier proactief op inspelen.
Je kan het rapport en het maturity-model hier zelf inkijken.