We organiseren onze acties in zes thematische werkagenda's:
Werkagenda's:
Bio-economie
Circulair Bouwen
Chemie/Kunststoffen
Maakindustrie
Voedselketen
Waterkringlopen
Zeven hefboomwerkingen zorgen voor extra ondersteuning:
Hefboomwerkingen:
Beleidsinstrumenten
Circulair aankopen
Communicatie
Innoveren & Ondernemen
Financiering
Jobs & Vaardigheden
Onderzoek
Wat, waarom en hoe?
Waarom gaan we voor een circulaire economie?
Toekomstbeelden 2050
Hoe zien we onze circulaire toekomst?
Over onze aansturing
Wie stuurt wat bij Vlaanderen Circulair?
maandag 9 september 2024
In het kader van circulair bouwen is het hergebruik van sloopmaterialen een belangrijk thema. Dit brengt echter enkele juridische vraagstukken met zich mee en leidde tot een memo met de belangrijkste bevindingen. We richten ons op de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van hergebruikt materiaal en de noodzaak van vergunningen bij tussenopslag. In deze blogpost vind je alvast een voorproefje.
Volgens het Burgerlijk Wetboek heeft de verkoper twee hoofdverplichtingen: levering en vrijwaring (artikel 1603). De vrijwaring betreft zowel ongestoord bezit als verborgen gebreken (artikel 1625). Voor hergebruikt materiaal betekent dit dat een tussenopslaglocatie, die optreedt als verkoper, verantwoordelijk kan worden gehouden voor gebreken in de materialen.
Artikel 1641 stelt dat verborgen gebreken die een zaak ongeschikt maken voor gebruik of zodanig verminderen dat de koper ze niet zou hebben gekocht, onder vrijwaring vallen. Dit betekent dat aannemers die materialen kopen bij tussenopslaglocaties rechten hebben ten aanzien van verborgen gebreken.
Bij consumentenkoop is er sprake van een striktere aansprakelijkheid. Artikel 1649quater burgerlijk wetboek stelt dat verkopers aansprakelijk zijn voor conformiteitsgebreken tot twee jaar na levering. Bij tweedehandsgoederen kan deze termijn worden ingekort tot één jaar.
Daarnaast biedt artikel 1649sexies burgerlijk wetboek mogelijkheden voor verhaal tegen eerdere schakels in de keten, zoals producenten of sloopaannemers, wanneer zij verantwoordelijk zijn voor conformiteitsgebreken.
De wet op productaansprakelijkheid (wet van 25 februari 1991) bepaalt verder dat producenten aansprakelijk zijn voor schade veroorzaakt door gebrekkige producten. Hoewel deze wet primair gericht is op fabrikanten, kunnen ook sloopaannemers of tussenpersonen als producent worden beschouwd indien zij hun naam of merk verbinden aan het product (artikel 3).
Wanneer sloopmaterialen tijdelijk worden opgeslagen met oog op hergebruik, kan dit gezien worden als afvalbeheer waarvoor een vergunning nodig is. Dit verdient zeker de nodige aandacht.
Het beheer van onverkochte voorraad vormt eveneens een uitdaging. Indien bepaalde materialen niet verkocht raken, moeten ze mogelijk als afval behandeld worden. Een goed administratie- en opvolgingssysteem is cruciaal om ervoor te zorgen dat onverkochte materialen correct afgevoerd worden volgens milieuregels.
Om juridische knelpunten effectief aan te pakken hebben we de volgende aanbevelingen:
Hergebruik van sloopmaterialen biedt enorme voordelen binnen circulaire economie, maar komt met eigen juridische uitdagingen die zorgvuldig moeten beheerd worden. Door duidelijke contractuele afspraken vast te leggen, transparante communicatie met stakeholders én monitoring van evaluatiesystemen kunnen veel obstakels overwonnen worden.
Door gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen zorgen we ervoor dat duurzaam hergebruik niet alleen haalbaar is, maar ook wettelijk robuust uitgevoerd. Een essentiële stap richting een circulaire economie voor Vlaanderen.
Wil je graag verder in de diepte duiken? Lees dan snel de volledige memo!